Vakantie
Liesbeth en Paul zijn volop met de vakantievoorbereidingen bezig. Informatie verzamelen over wat je allemaal nodig hebt als je op reis gaat, uitzoeken en reserveren van een kampeerplekje in de hoop dat het zo mooi is als op de foto, maar je moet wel reserveren anders kom je nergens meer terecht.
Het huis moet aankant zijn, want de buurvrouw komt de planten verzorgen en Liesbeth wil het goed in orde hebben, zeker voor haar, want zij is zo precies in dat soort dingen.
Paul gaat nog even met de auto naar de wasstraat, dan kan die tenminste blinkend mee.
De kinderen hebben inmiddels al hun eerste vakantieweek en zijn druk en uitgelaten en willen juist nu van alles waar eigenlijk geen tijd voor is.
En dan is het zover en zitten ze om zes uur ´s morgens in de auto. Het is een heel eind rijden en zo zijn ze mooi voor de ochtendspits voorbij het drukste gedeelte. Heerlijk… op vakantie…. drie weken de vrijheid tegemoet!
Na drie files en heel wat keertjes….. duurt het nog lang…. en zijn we er nog niet…. arriveren ze op de camping.
De tent is opgezet en nu zit Liesbeth lekker onderuitgezakt bij te komen van alle drukte en gedoe. Paul is met de kinderen naar het zwembad en zij wil even helemaal niks anders dan doezelen in het zonnetje…
Opeens hoort ze een zacht stemmetje dat haar roept, ze kijkt om zich heen maar ziet niemand en toch weet ze zeker dat ze iets hoorde. Weer hoort ze het stemmetje dat haar nu vraagt: ‘Wat wil jij deze vakantie gaan doen?’
Ze ziet nog steeds niemand, maar de vraag roept wel een verlangen in haar op waar ze zich nog niet bewust van was…. wat wil jij deze vakantie gaan doen?
Doen waar ik zin in heb, is het eerste wat in haar opkomt…. maar dat doe ik toch altijd in de vakantie denkt ze….
Nou ja… er zijn natuurlijk dingen die gebeuren moeten zoals koken, dat is altijd haar klusje. En ze willen toch ook wel wat zien van de omgeving, daarom bezoeken ze mooie plaatsen in de buurt en gaan naar musea of met de kinderen naar een attractiepark. En natuurlijk gezellig barbecueën met de campingbuurtjes en naar de bingoavond, want dat vindt Paul altijd zo leuk en ….
Plotseling realiseert ze zich, dat ze eigenlijk geen zin meer heeft in veel van de dingen die ze normaal gesproken doen!
Wat wil jij deze vakantie gaan doen?
Doen waar ik zin in heb… wanneer ik er zin in heb…. niets moeten….
Ze ziet zichzelf heerlijk onder een boom zitten met een dik boek, wandelen en spelen in het bos met de kinderen en ‘s avonds alleen met Paul een glaasje drinken. Om de beurt koken en de anderen eens verrassen met iets anders dan ze gewoonlijk eten of….
Ze voelt zich blij worden van de ideeën die er opborrelen… en waarom ook niet besluit ze.
Als Paul en de kinderen terugkomen van het zwemmen vinden ze Liesbeth diep in slaap.
Hé mam, wakker worden roepen ze. Wanneer gaan we eten?
Met een glimlach op haar gezicht opent Liesbeth haar ogen en terwijl ze iedereen even aankijkt vraagt ze: wat wil jij deze vakantie gaan doen?